Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Vrolijk

Hoe lang is het geleden dat de melkboer aan de deur kwam? Ik maak hier echt geen nostalgische vraag van (ik houd niet van nostalgie), maar lees dat hij in Engeland aan het terugkeren is, de melkboer dus. Of melkboerin. Engeland is niet ver weg en er wonen daar in hoofdzaak behoudende mensen, dus er is hoop voor Nederland. Een melkboer of melkboerin in ons leven doet ons vast goed. Hoe dan ook: een toevoeging. Dat ik dit zo blij beweer komt natuurlijk ook door de prettige herinneringen.
In mijn leven waren er drie melkboeren. Vrouwen deden er nog niet aan. Vriendelijke mannen die helder aanwezig waren. Ja, dat is het woord: helder. Ze hielden ook van hun aanbod en werk. Dat is iets wat ik vaak mis.
In Engeland zijn er ook, op sommige plekken, weer flessen in plaats van al dat karton en plastic. Vind ik van een grote schoonheid, een volle fles melk, met zo’n trotse uitstraling, koud, druppeltjes op glas.  De melkboer reikte je die aan. Als je niet thuis was, stond die fles voor de deur, waardoor je nog meer het gevoel had dat je daar woonde, dat het dagelijks leven mooi was en zich achter die deur voltrok. En als je de fles melk in de ijskast zette, wist je zeker dat je goed bezig was met je leven.
Dat bedoel ik allemaal met: een toevoeging.
Er is ook nog een andere herinnering. Tussen mijn vierde en vijfde wilde ik de wijde wereld in. Niet uit onvrede met hoe het bij mijn thuis was, mijn kindertijd was prachtig, maar uit nieuwsgierigheid. Ik verborg me in het voertuig van de melkboer en bij het station glipte ik eruit. Terwijl ik daar dacht `wat nu?’, sprak een vrouwelijke agent me aan. Die bracht me thuis. Ze was vrolijk, mijn moeder ook. De melkboer de volgende dag ook.