Er is een reclamespotje waarin een man angstig zegt dat hij zijn buikje in toom moet houden, of wil houden. Tegen dat soort zinnetjes voel ik licht verzet, wat vooral door het woord `buikje’ komt. Toch blijven mededelingen als deze hangen. Moest er bijvoorbeeld aan denken toen ik gisteren een tentoonstelling bezocht. Ineens voel ik daar een hand op mijn schouder: kennis van vroeger, aardig iemand. We praten even over het schilderij waarvoor we staan.
Het is vreemd, maar zo’n avontuur als de Franse president is aangegaan, met de goed gelukte actrice Julie Gayet, is hier nooit aan de orde. De burgemeester van Maastricht tel ik even niet mee. Ik bedoel het groter en intenser. Waarschijnlijk slecht van me, maar ik zou het verfrissend vinden. De saaie boel wordt een beetje opgeschud. De mens achter een bewindspersoon wordt zichtbaar. Het gebeurt natuurlijk wel, maar het lijkt niemand echt te interesseren.
Als ik in de file sta, probeer ik me niet met de file bezig te houden. Erin staan is genoeg. Opwinding is zinloos, ergernis ook. Ergernis is altijd zinloos. Heb je alleen zelf last van. In de file ga ik het dus niet jammer vinden dat er bijvoorbeeld sprake is van verloren tijd. Verloren tijd bestaat trouwens alleen maar als je die zelf door je vingers laat glippen. Zaterdag schoot ook de autoradio me te hulp. File bij Den Haag. Op de radio werd een Vlaamse man geïnterviewd, volgens mij een professor. Die had het over geluk. Eerst over stilte.
Uitkomen voor wat je belangrijk vindt, ik ben er een groot voorstander van. Ik hoor Tweede Kamervoorzitter Anouchka van Miltenburg zeggen dat ze gaat praten met de fractievoorzitters die kritiek op haar hebben. Die kritiek gaven ze niet rechtstreeks, maar anoniem via De Volkskrant. Die slappe gang van zaken verbaasde me. Waar ging het onder meer om? Bijvoorbeeld om Geert Wilders die Alexander Pechtold `een klein miezerig mannetje’ noemde. De fractievoorzitters die anoniem hun hart luchtten, vonden dat de voorzitter had moeten ingrijpen.
Nog steeds heb ik ook een vaste lijn. Zo heet dat: vaste lijn, een ouderwets telefoontoestel met een draad eraan, aangelegd door een monteur die zei dat `alles piekfijn in orde’ was toen hij zijn werk had gedaan. Die woorden gonsden die dag dikwijls aangenaam door me heen, piekfijn in orde. Graag wil ik dat zelf ook zijn, maar ik besef heus wel dat er nog een lange weg te gaan is. Ik ben ook benieuwd hoe ik me voel als ik die `staat van zijn’ heb bereikt. Wat me ook interesseert is hoe ik die dan in stand ga houden.
Hoe word je spannend? En hoe blijf je het? Vind je het alleen zelf? Of vinden anderen het ook van je? Deze vragen achtervolgen me een beetje sinds ik gisterochtend in Vandaag de Dag hoorde dat Willibrord Frequin een nieuw programma voorbereidt dat Spannende vrouwen heet. Ik wist niet dat Willibrord Frequin nog actief was en weet ook niet of ik daar blij mee ben. Hij maakt het samen met Kim Kötter. Zij was het ook die het gisteren in Vandaag de Dag bekendmaakte. Ze kon of wilde er verder niets over zeggen, want het project was nog in ontwikkeling.
Vaak kan helderheid me erg vrolijk stemmen. Ik hoorde in een interview met een schaapherder. Dat had te maken met de eerste lammetjes. We stellen vast dat het even lente is. Misschien vandaag al niet meer, maar toch wijze we elkaar blij op lente-achtige verschijnselen. Dus de eerste lammetjes bijvoorbeeld. Aan de herder werd gevraagd `Hoe kán dat?’ De interviewster hoopte natuurlijk op een romantisch antwoord, maar aan de herder was te horen dat hij lichte last had van de vraag. Hij antwoordde: `Dat is heel eenvoudig. Vijf maanden geleden hebben we er de rammen bij gezet.
We konden al niet meer terug, maar op deze maandag begint het jaar echt op stoom te komen. Ik neem kennis van een onderzoek, een van de vele die in 2014 zullen volgen. Nu is het: het Nationaal Toiletonderzoek. Daaruit blijkt uiteraard van alles, onder meer dat 73 procent van de ondervraagden het mobieltje meeneemt, naar het toilet dus, om te bellen, spelletjes te doen of te Wanschapen.
Op kerstochtend zette ik de televisie aan in de hoop op kerstsamenzang. Ik heb het dan over tijdloze kersliedjes. Dan tuimel ik meteen door alle kerstdagen van mijn leven heen, wat ook een soort samenvatting van dat leven is. Ik belandde toevallig in de Nederlandse film Pietje Bell, die dus al vroeg begonnen was. Ik zag hoe een vriendje van Pietje Bell door een kogel werd geveld. Pietje buigt zich over hem heen en het vriendje doet een bekentenis die ik niet begreep omdat ik de rest van de film niet gezien had.
Als ik om de hoek van dit weekeinde kijk, zie ik dat het dinsdag al oudejaarsdag is. Ik merk dat ik daar nog niet aan toe ben, terwijl ik heus wel besef dat ik in de laatste dagen van 2013 ben gaan hangen. Zojuist schrok ik conservatief toen een paar jongens twee rotjes voor mijn voeten lieten knallen. Ik wilde kwaad gaan schelden, maar vond dat geen goed idee, want als altijd besloot ik het jaar zo waardig mogelijk af te sluiten. Waarom wilde ik trouwens gaan schelden? Ja, omdat ik schrok en ik wil zo min mogelijk schrikken. Waarom schrok ik?