Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Telefoonboek

Bijna overal zie ik Louis van Gaal geciteerd die tijdens een persconferentie heeft gezegd: “We can come an end.” Is vreemd Engels, maar ik heb waardering voor de poging van de bondcoach duidelijk te maken wat hij bedoelt. En volgens mij begrijpt iedereen hem, ook door hoe erbij kijkt. En om dat begrip gaat het natuurlijk. Louis van Gaal wordt niet geremd door schaamte.
Mijn moeder had dat ook. Zoals Van Gaal zich uitdrukt in het Engels, sprak zij in alle talen. Ze keek er verder niet gewichtig bij, maar vooral charmant. Het prettige was dat ze overal werd begrepen. 
Zelf doe ik in een ander land vreselijk mijn best zo correct mogelijk de taal te spreken. Ik bereid het zelfs wijsneuzerig voor. In Tibet had ik uiteraard achter de belangrijkste omgangswoorden (goedemorgen, dank u wel, heel graag, waar is…) ook de uitspraak gezet. Toch keek men mij altijd vriendelijk verbaasd aan. Waar je niet op rekent dat er ook iets teruggezegd wordt en ja, daarmee kun je dan weer niet uit de voeten.
In een café in Rome, lang geleden, wilde ik duidelijk maken dat het toiletpapier op was. Ik had het Wat & Hoe-boekje geraadpleegd en oog in oog met de slecht gehumeurde barkeeper stelde ik mijn vraag zo Italiaans mogelijk. Het was net alsof ik zong. Ik moest het een keer of drie herhalen en toen overhandigde hij mij het dikke telefoonboek van Rome.
In Frankrijk wilde ik een middel hebben tegen het snurken. Was voor mezelf. Ik sliep met meer mensen op een kamer. De hele weg naar de apotheek repeteerde ik het woord (ronfler). Ter plekke was ik het echter vergeten. Daarom deed ik snurkgeluiden na en even later zag ik dat ik een medicijn tegen een acute aanval van schizofrenie had gekregen.